auto wat je rijdt psychologie

Dagblad Trouw interviewt mij over merkentrouw

‘Je bent wat je rijdt. Maar is dat nog steeds zo?’ In de nabije toekomst vinden mensen het niet meer zo belangrijk in welk merk auto ze rijden, zegt een studie van IBM. Klopt dat? vroeg economieredacteur Joost van Velzen van dagblad Trouw zich af en hij vroeg mij naar mijn mening.

Je kunt het stuk hier lezen bij Trouw, en hieronder.

Een leraar maatschappijleer rijdt in een Citroën 2CV, een aannemer in een Mercedes-Benz en een opgeschoten patsertje scheurt rond in een BMW. Dat was, zwaar gechargeerd, lange tijd het beeld van het menstype en zijn bijpassende automobiel. Je bent wat je rijdt. Maar volgens een recente studie van adviesbureau IBM doet voor bijna de helft van de consumenten het merk er straks niet meer toe. 

Tegen het jaar 2030, zo stelt 48 procent van de ondervraagden, staan de kosten van een auto en het digitale gebruiksgemak voorop en maakt het niet meer uit of je van A naar B gaat in een Toyota, een Opel of een Fiat. Liefst 61 procent van de respondenten geeft te kennen dat hun auto in de nabije toekomst moet zijn afgestemd op hun persoonlijke, digitale voorkeursinstellingen. Aan het onderzoek deden 11.500 consumenten mee en 1500 mensen met een leidinggevende functie in de ­auto-industrie. Van die laatste groep zegt bijna 70 procent dat het merk nu nog wel voor concurrentievoordeel zorgt, maar bijna de helft van hen beweert dat het merk an sich rond 2030 niet meer onderscheidend zal zijn. 

Beleving van de auto

De onderzoekers van IBM zijn niet de eersten die het verschijnsel in de smiezen hebben; ook autofabrikanten lijken zich bewust van een verschuiving in de ‘beleving’ van een auto. Zo zei de hoogste baas van ­Audi, de Nederlander Bram Schot, onlangs nog in een interview met deze krant dat het meer en meer aankomt op design en digitale snufjes: “Waar het voorheen de motoren waren die klanten belangrijk vonden, wordt dat nu software. Hoe mensen een Audi aan de binnenkant beleven, wordt het belangrijkst.”  Schot ging vanzelfsprekend niet zo ver als de mensen in het IBM-onderzoek, die dus ook het belang van een merk ondergeschikt vinden.

Erwin Wijman, auteur van het boek ‘Wat je rijdt ben je zelf’, gelooft er niets van dat automobilisten de loyaliteit met het logo op hun vierwieler zomaar overboord gooien: “Ik vind het een enorme onderschatting van het fenomeen merkentrouw”, zegt Wijman. “Bij geen enkel ander product is de trouw aan een merk zo sterk als bij auto’s. Dat blijft altijd bestaan.” In zijn boek stelt Wijman dat het kopen van een auto helemaal geen kwestie is van een eigen keuze, maar dat het er veel meer mee te ­maken heeft in welke omgeving iemand is opgegroeid of zich begeeft. “Je moeder kiest je auto. Je collega’s, je baas. Je vrienden, je buren. Mensen willen gezien worden in de auto die door hun omgeving wordt gewaardeerd. Dat betekent dat je niet in een Kiaatje kunt komen voorrijden als je bankier bent, of vertegenwoordiger. En een Tesla mag dan zijn groene imago mee hebben, maar die auto geldt in heel veel kringen wel degelijk als een patserbak.”

Geloof

Als bewijsstuk stuurt hij het meest recente trendrapport op van de Nederlandse zakenauto’s. Dat is een uitgebreide analyse van de markt voor auto’s die mensen rijden voor hun werk en waarin ook gevraagd wordt naar de merkentrouw van de zakelijk rijders. Wijman: “En dan zie je dat mensen niet van plan zijn om een andere auto te gaan ­rijden dan hun vertrouwde BMW, Audi of Mercedes. Hoe goed een merk als Lexus ook zijn best doet om daar tussen te komen, het lukt ze in Europa niet. We blijven bij onze grote liefde.” 

Ook als er een auto op de markt verschijnt die aan al onze gepersonaliseerde digitale wensen voldoet? Ja, zegt Wijman. “Omdat die features instrumenteel zijn en niet emotioneel. Vergelijk het met een geloof. Bekeren gebeurt zelden.”

Erwin WijmanDagblad Trouw interviewt mij over merkentrouw

Leave a Comment

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.